zondag 24 oktober 2010

Lake Nasser - Wadi Halfa - Nubian Desert - Khartoum


Aswan, Egypt

Lake Nasser, Egypt

Lake Nasser, Egypt

Lake Nasser, Egypt

Lake Nasser, Egypt

Lake Nasser, Egypt

Abu Simbel, Lake Nasser, Egypt

Wadi Halfa, Sudan

Wadi Halfa, Sudan

Wadi Halfa, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nile Valley, Nubian Desert, Sudan

Nile Valley, Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nile Valley, Nubian Desert, Sudan

Nile Valley, Nubian Desert, Sudan

Nile Valley, Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Nubian Desert, Sudan

Campsite Khartoum, Sudan

boottochtje over het nassermeer

in aswan werd het stilaan tijd voorbereidingen te treffen voor de gevreesde boottocht over het nassermeer. eerste stap was het kopen van tickets. “it will take the whole day, be there at 8 AM”, was de goede raad die we meekregen van één van de vele mohammeds. de man kreeg gelijk: een hele dag hebben we in de ondraaglijke hitte gewacht, erna wat gewacht, beetje gesocialized met de andere overlanders en nog eens gewacht tot we als bij een deliberatie elk apart afgeroepen werden om een klein verfrommeld papiertje af te halen. met dat papiertje (bleek achteraf nog dat al onze namen verwisseld waren, hadden we niet door dankzij het arabisch schrift) moesten we naar een ander bureau om te wachten op andere papieren. soit, het wachten loonde en ’s avonds hadden we alles wat we moesten hebben.

de volgende ochtend was het zover: met een vijftal 4X4’s, een tiental motorbikes en één duitse oversized overland-4X4-vrachtwagen-mobilhome reden we in konvooi richting haven. na enkele uren werden onze carnet de passage en andere papieren in orde gebracht en mochten we wachten om ons bertha op de ‘autoboot’ te laden. in de late namiddag kregen alle gemotoriseerde voertuigen hun krap plaatsje op het metalen platform (meer stelde de boot niet voor), op drie motors na, die tussen de kartonnen dozen van een andere boot werden geinstalleerd. simon en kristof hadden ondertussen samen met de helft van het nederlands koppel en met francis al een plaatsje vrijgehouden op het dek van de passagiersboot, wat absoluut geen slecht plan leek: het dek werd langzaam maar zeker gevuld met egyptenaren en sudanesen, inclusief grote zakken en kartonnen dozen als bagage. kristof werd zelfs verplicht om letterlijk een grenslijn te tekenen omdat ons plekje zienderogen kromp. uiteindelijk restte ons een territorium van drie meter bij drie: dit werd het stukje boot van een tiental overlanders voor de eerstvolgende 18 uren. de nodige wrijvingen met afrikanen wegens plaatsgebrek werden afgewisseld door gelach en gebabbel met dezelfde afrikanen. op het dak van de stuurcabine bleek voor sommigen (en na verloop van tijd velen) onder ons nog plaats te zijn om languit te kunnen liggen op een stuk karton dat diende als matras. aanvankelijk werden we er door de bemanning verjaagd, maar hoe later het werd, des te meer werd onze aanwezigheid daar getolereerd. bij het opkomen van de onverbiddelijke zon kwam een einde aan onze korte nacht. wat later werden we getrakteerd op een spectaculair zicht op de vier torenhoge beelden van de millennia oude egyptische tempel ‘abu simbel’, met errond honderden toeristen, krioelend als mieren. na het afhalen van een stempel voor onze paspoort, het invullen van nog wat papieren en een kort interview met sudanese ambtenaren konden we ons eigen drijvend mierennest verlaten. we zetten onze eerste stappen op sudanese bodem en namen een bus richting ‘wadi halfa’, het havendorp aan de zuidkant van het nassermeer. we kozen voor een hotel met fan en deelden onze kamer met een duitser die we eerder al tegenkwamen in suez. later volgde een aangenaam en welverdiend avondmaal met heel de bende europeanen op het stoffige centrale plein van het dorp. niet veel later vielen we oververmoeid in een diepe slaap…


Veel zand...

de praktische kant van onze entree in sudan, het grootste land van afrika, was nog niet ten einde, want ’s ochtends stonden we alweer aan de ‘immigration office’ om ons te laten registreren, iets wat binnen de drie dagen moest gebeuren. we liepen wat heen en weer, vulden wat formulieren in, kregen wat stempels en zegels, zetten een vingerafdruk en klus geklaard! later die dag namen we een rickshaw richting haven, waar we aangenaam verrast waren toen we hoorden dat de autoboot met ons bertha al gearriveerd was! alles kwam in een welgekomen stroomversnelling: de motors en auto’s bolden soepel van de boot en autopapieren werden naar afrikaanse normen vlot gefikst (dankzij/ondanks verplicht en tegen betaling te nemen ‘fixer’ die alles regelt). we besloten wadi halfa en zijn aangename, vriendelijke en hoofdzakelijke zwarte inwoners (op een paar verloren gelopen egyptische arabieren na) te verlaten en reden samen met oliver en flore, het nederlandse koppel en met bram en francis door de nubische woestijn, op zoek naar een rustige slaapplaats met een volle maan als ideale en batterijloze zaklamp. op weg naar dit plekje reed bertha zich vast in het losse woestijnzand, maar na het scheppen van wat zand, inclusief schorpioen en dankzij de ervaring van bram (die al ettelijke keren vastgereden was met zijn defender) en de zandmatten van oliver en flore was dit euvel na een half uurtje opgelost.

we werden onze tent uitgejaagd door de pertinent aanwezige hitte. overdag stijgt de temperatuur nog steeds tot 45 graden en ’s nachts is het net geen dertig graden. na de nodige ochendrituelen bolden we, deze keer op ons eentje, gezwind over een gloednieuwe asfaltweg zuidwaarts door een woestijn van zand en steen. om de twintig kilometer weken we van onze baan af voor een levensnoodzakelijke drinkstop in een van de vele lemen dorpjes aan de nijl. voor een moedige/compleet gestoorde koreaan die dezelfde route doet als ons, maar dan wel met de fiets, stopten we even om hem te voorzien van fris water en een hapje. "you save my life", was het enige zinnetje dat de arme stakker nog kon uitspreken. wat later vonden we wederom een mooie slaapplaats, gelegen achter een zandduin en zodoende niet zichtbaar vanaf de baan. ideaal! tijdens ons ontbijt kregen we nog even onverwachts bezoek van twee nubiers en drie dromedarissen. lachen wel.


Daar waar wit en blauw samenvloeit

wij gingen opnieuw de baan op richting khartoum, stoffige hoofdstad van sudan, gelegen aan de samenvloeiing van de witte en blauwe nijl. onderweg zagen we af en toe een schraal struikje of boompje, en dat wijst ontegensprekelijk op het prille begin van het einde van de sahara! in khartoum zelf vonden we een soort camping/’resort’ waar we ons tentje in de schaduw konden neerpoten. wat later zochten we verkoeling, eten en een verfrissend vruchtendrankje in een shopping mall mét airco in het moderne deel van de stad. eenmaal terug op de camping stonden daar tot onze verbazing onze belgische vrienden weer, wat de avond des te gezelliger maakte!

na een goede nacht (ondanks het geschreeuw vanuit een minaret op de camping) reden we de stad in op zoek naar het nieuwe en moderne gebouw van de ethiopische ambassade. we hebben immers nog geen visum voor ethiopie, maar hier kunnen we dat verkrijgen. na wat wachten en papierwerk kregen we te horen dat we het visum morgenvroeg mogen afhalen. klinkt goed, geen sudanese-visum-toestanden dus! de rest van de dag hebben we ingevuld met wat chillen op de camping, het wassen van bertha, het bijschrijven van de blog en nog wat van die dingen. vandaag zijn de belgen vertrokken, maar oliver en flore zijn hier net toegekomen, dat is dus mooi geregeld!


overmorgen rijden we naar ‘meroe’, waar zich piramides en andere stokoude ruines bevinden. jawel, niet enkel egypte kan hiermee uitpakken, sudan moet naar het schijnt niet onderdoen. we zijn benieuwd! erna rijden we door naar het ethiopisch hoogland, we snakken nu al naar de veel aangenamere temperaturen aldaar! jullie horen nog van ons! groetjes daar!


zondag 17 oktober 2010

Bawiti - White Desert - Gizeh - Luxor - Edfu - Aswan


Bawiti, Bahariya Oasis, Egypt

Bawiti, Bahariya Oasis, Egypt

Bawiti, Bahariya Oasis, Egypt

Bawiti, Bahariya Oasis, Egypt

Bawiti, Bahariya Oasis, Egypt

White Desert, Egypt

White Desert, Egypt

White Desert, Egypt

White Desert, Egypt

White Desert, Egypt

White Desert, Egypt

White Desert, Egypt

White Desert, Egypt

Giza piramids, Egypt

Giza piramids, Egypt

Giza piramids, Egypt

Giza piramids, Egypt

Giza piramids, Egypt

Zafrana, Egypt

Karnak, Egypt

Karnak, Egypt

Karnak, Egypt

Karnak, Egypt

Karnak, Egypt

Luxor, Egypt

Horus Temple, Edfu, Egypt

Horus Temple, Edfu, Egypt

Horus Temple, Edfu, Egypt

Horus Temple, Edfu, Egypt

Horus Temple, Edfu, Egypt

Horus Temple, Edfu, Egypt

Horus Temple, Edfu, Egypt
Horus Temple, Edfu, Egypt

Adam's home camp, Aswan, Egypt

Adam's home camp, Aswan, Egypt

Adam's home camp, Aswan, Egypt

Aswan, Egypt
Bertha de woestijnvos
Na 5 dagen ontstressen in de oase stond ons Bertha weer als herboren te ronken voor onze neus. Zoals we vreesden was niet niet enkel de waterpomp stuk, ook de culas was gebarsten als gevolg van een overhitte motor. Tezelfdertijd lieten we ook een groot onderhoud van de auto doorvoeren. We besloten meteen onze vierwieler grondig te testen en trokken de volgende dag verder de Westelijk Woestijn in naar de Witte Woestijn. We mochten gratis (en dat komt hier zelden voor) een andere Landcruiser op woestijnsafari volgen die ons door vette offroad zandstukken loodste. De chauffeur overtuigde ons tevens de nacht in de woestijn door te brengen. Bij zonsondergang kwamen we echter het chille Amsterdamse koppel Oliver en Flore tegen, die we de avond ervoren in de oase al hadden ontmoet. Zij rijden naar Kaapstad om er te gaan wonen, ook hen zullen we dus nog treffen. We mochten aansluiten bij hun tour en werden zelfs uitgenodigd mee te dineren in het gezellige bedoeïenkampje. ’s Nachts uiteraard een uitgebreide sterrenhemel kunnen aanschouwen, en ook een kennismaking met de lokale fauna ontbrak niet. een paar woestijnvossen kwamen dichtbij en de volgende ochtend bleek dat één van deze beestjes een slipper van Simon had meegenomen. Het kleinood werd gelukkig 20 meter verder op de rotsen teruggevonden.

Een druk programma
Via de witte woestijn teruggereden naar Cairo, ditmaal tegen een gemiddelde van 85 kilometer per uur, een zalig gevoel na weken te strompelen tegen ongeveer 50 km/u. Cairo was andermaal vooral een noodzakelijke praktische stop, aangezien ons Soedanees visum nog steeds niet in ons bezit was… Geen nood, net zoals landgenoten Bram en Francis kregen ook wij toestemming het volgend land weldra binnen te rijden. Bij een stop in Cairo hoort natuurlijk een verplichte passage in Gizah, waar de wereldbekende piramides nog op het programma stonden. Ondanks de massa toeristen en de immer aanhoudende smeekbode van lokale Egyptenaren om op een kameel te klauteren of een pak oubollige postkaarten te kopen, zijn deze mastodonten echt de moeite. Cliché, maar best indrukwekkend hoe men zo’n bouwwerken duizenden jaren geleden kon construeren. No time to waste, aangezien we de ferry naar Soedan binnen een paar dagen wilden halen in Aswan, het uiterste zuiden van Egypte, en dus reden we in volle vaart zuidwaarts. Langs de Nijlvallei, waar het helse verkeer en de onophoudelijke aanvoer van speedbumps ons al snel overtuigde om een omweg te maken richting de Rode Zee, en vervolgens in het zuiden weer naar de Nijlvallei te rijden. 100 km langer, maar zo veel sneller, aangezien er geen kat in de uiterst dunbevolkte woestijn rijdt. Op deze tocht hebben we onderdak gevraagd aan een ambulancierspost, die hier om de paar tientallen kilometers in de woestijn te vinden zijn. De 2 ambulanciers, 1 politieagent, en 1 elektricien van de nabijgelegen zendmast waren precies maar al te blij dat hun saaie stramien onderbroken werd door een onverwacht bezoek van buitenlanders en de chai werd dan ook snel op het vuur gezet. daags nadien 9uur lang plankgas gereden doorheen de woestijn, en na een grappige ontmoeting met een paar gasten die aan de kust een soevenierwinkeltje uitbaten, ging het langs Hurghada, ook gekend als de Egyptisch Las Vegas-achtige lelijke massatoerismebadplaats aan de Rode Zee. Daar even gezondigd in de McDonalds en verder geracet door de woestijn.

Baden in cultuur
Na 700km op 9 uur tijd te hebben afgelegd, meteen onze langste rijdag so far, kwamen we in de vooravond aan in Luxor, waar we genoten van een frisse duik in het zwembad van Rezeiky Camp. Yes, terug helemaal op schema!
Luxor telt een onverantwoorde massa aan archeologische sites, zodat we noodgedwongen een selectie moesten maken. Vermoeid van het stunt- en vliegwerk van de voorbije dagen besloten om enkel de highlight van Luxor te bezoeken: het tempelcomplex van Karnak. Tussen de toeristenmassa vlotjes aan studententarief naar binnengeslopen om vervolgens even vlot onder de indruk te raken van de beeldhouwkunst en architectuur van de oude Egyptenaren. ‘s Avonds hadden we een hapje eten in Luxor in gedachten. Alle restaurants en snackbars van het overigens ongezellige centrum rekenden echter ongegeneerd een ‘Tourist Price’ aan, zowat het dubbele van de ‘Egyptian Price’. Lange klaagbeurten onzentwege en zelfs het inschakelen van locals om ons eten te bestellen brachten geen soelaas. Niet dat de ons aangerekende prijzen overdreven duur waren, maar dit structurele principe, als gevolg van blind massatoerisme konden we niet appreciëren en wouden we geenszins ondersteunen. We lieten dus onze afkeer blijken waarop we enkele groenten kochten en maar zelf (de Simon dus) kookten.
Nog één etappe scheidde ons van de eindhalte in Egypte: Aswan, alwaar we morgen de wekelijkse ferry naar Soedan nemen. Onderweg stopten we nog aan de tempel van Horus in Idfu. We waren immers nog niet verzadigd van het schone wat de Oude Egyptenaren een 4-5000 jaar langs de oevers van de Nijl hadden neergeplant. Waar we in ons landje soms al eens naar een Middeleeuws gebouw wijzen, lichtjes fier erbij vertellend hoeveel eeuwen oud de constructie wel is, spreekt men in Egypte in termen van millennia. Dit beseffende en na wat meer moeite om aan studententarief binnen te komen (“I’m sorry, you need an international student card “ “Yes, but our university in Leuven is very international!”) vergaten we voor een moment de zinderende hitte bij het aanschouwen van deze tempel. Alhoewel niet zo uitgestrekt als die in Karnak, blonk deze uit wegens de overvloedigheid van hiërogliefen en de opvallend goede staat van de tempel. Zonder zwans: Chapeau Oude Egyptenaren!

Bibber en beef: de Aswan-Soedan ferry
Hoezo een ferry? Egypte en Soedan delen wel degelijk een landgrens, de enige weg die de twee verbindt is echter al een geruime tijd om een onduidelijke reden afgesloten. Soedan is bijgevolg enkel te bereiken door middel van een onder overlanders (wat dat zijn we nu officiëel) gevreesde boottocht vanaf Aswan over de Nijl (eigenlijk het gigantische Nassr stuwmeer) naar Wadi Halfa. Als we de websites en verhalen van andere reizigers mogen geloven wordt dit het meest zenuwslopende en hachelijke moment van de hele trip. De tocht begint en eindigt namelijk met een onbegrijpelijke bureaucratische papiermolen, dat hand in hand gaat met ellenlang wachten. De overzet zelf schijnt een 18 uur lange oncomfortabele tocht te zijn op een volgestouwd schip en de auto gaat op een andere sloep die mogelijk nog enkele dagen langer op zich laat wachten. Ow ja, en dit alles omkadert door een iets te warm nazomertje met dagelijkse temperaturen losjes boven de 40°. Gelukkig zullen we er op dit avontuur, alsook de eerste dagen in Soedan niet alleen voor staan. Want na in Aswan opnieuw met de moedige wereldverbeteraars Bram en Francis afgesproken te hebben, troffen we er ook een hoop andere reizigers die door Afrika reizen, waarvan we het merendeel trouwens al on the way ontmoet hadden. Het bonte gezelschap van overlanders zal morgen in totaal zelfs een dertigtal zielen tellen! En jullie maar denken dat wij een beetje speciaal waren om deze reis te ondernemen…
Ondanks de vele mindere commentaren over Egypte en zijn bevolking hebben we hier alvast een uitstekende tijd gehad. De meeste Egyptenaren zijn best vriendelijk en gastvrij en qua culturele bezienswaardigheden kunnen er weinig landen tippen aan wat dit land kan voorschotelen. Reizend door Egypte namen we tevens geleidelijk de poort van het Midden-Oosten naar Afrika. Heel binnekort onder de spreekwoordelijke dekens dus (de letterlijke zijn meer dan overbodig) om morgen uitgeslapen, geduldig en vol moed aan het pur sang Afrikaanse avontuur te beginnen…