donderdag 30 september 2010

Latakia - Krak des Chevaliers - Palmyra - Damascus - Beirut - Bosra - Dead Sea - Dana NP - Petra - Aqaba


Krak des Chevaliers, Syria

Krak des Chevaliers, Syria

Krak des Chevaliers, Syria

Palmyra, Syria

Palmyra, Syria

Palmyra, Syria

Palmyra, Syria

Deir Mar Mousa, Syria

Damascus, Syria

Damascus, Syria

Beirut, Lebanon

Beirut, Lebanon

Bosra, Syria

Syria

Mount Nebo, Jordan

Dana NP

Dead Sea, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Petra, Jordan

Wadi Rum, Jordan

Wadi Rum, Jordan

Aqaba, Jordan

Aqaba, Jordan

Syrië
Vanaf de niet zo bijzondere havenstad Latakkia reden we de korte Syrische kustlijn verder zuidwaarts af. Een plek om even in de Middellandse Zee te springen vonden we evenwel niet: de stranden zijn er enkel te bereiken via resorts die een te dure inkom vroegen.

De rest van die dag vulden we met rondrijden in de mooie door Christenen bewoonde bergachtige Mediterrane streek van het Krak de Chevaliers, een uiterst goed bewaard kasteel van de Kruisvaarders. We vonden een hotelletje aan de voet van de heuvel van het Krak. De prijs lag net iets boven ons budget, dus haalden we ons ‘arme studenten willen in Kaapstad geraken’ verhaal boven, waarop de eigenaar ons een fikse korting gaf en ons de rest van de avond entertainde met zijn reisverhalen en Arabische tokkelinstrumenten, ons naar de goedkoopste eetstallen van het dorpje reed (hij schrok wel toen we alledrie de deuren van zijn Ladaatje Landcruisergewijs te hard dichtknalden) en ons liet delen in zijn avondmaal. Het Krak zelf was inderdaad een goed bewaard kasteel van de kruisvaarders. Punt.

Vandaar reden we door naar die andere toeristische trekpleister van Syrië: Palmyra, een site met ruïnes van een Romeinsachtige stad, gesitueerd in een oase omgeven door uiteraard woestijn. Menig criticaster zal de site als een hoop stenen degraderen, maar wij waren danig onder de indruk. We bezochten de site bij zonsondergang, ’s nachts en ’s middags (al was dat bakken) en kampeerden en zwommen vlak naast de muur van de meest bezochte tempel van Palmyra.

Voordat we de hoofdstad Damascus aandeden overnachtten we in het Mar mousa klooster. Een aantal Syrisch-Ortodoxe monniken en nonnen bewonen nog steeds dit in de bergen gelegen Middeleeuws bouwwerk. Gasten hoefden er niks te betalen voor overnachting en eten, maar werden wel uitgenodigd om deel te nemen aan een uur meditatie gevolgd door een uur mis. Hiervoor bedankten we echter vriendelijk, we hadden namelijk wat etenswaren naar het klooster getorst in de hoop dat ze hiermee tevreden waren. Al bij al een aparte ervaring.

De volgende stop was de eeuwenoude stad Damascus. Volgens velen de langste permanent bewoonde stad op onze aardkluit (al hoorden we dat onderweg nog op andere plekken), maar alleszins steevast een centrum voor al de grote beschavingen die deze regio door de eeuwen door hebben bevolkt. De oude binnenstad die we ’s avonds bezochten met enkele andere backpackers straalde inderdaad een unieke traditievolle sfeer uit. Een avondlijk bezoek aan de prachtige moskee van de Omajaden (één van de Arabische dynastiëen) zorgde er zelfs voor dat onze Amerikaanse gezellen er even stil van werden… De mooie avond sloten we af door te pintelieren en eindeloos te keuvelen met onze nieuwe vrienden voor één dag in een gezellig parkje in het hartje van de Oude stad.

De volgende dag stond er een trip naar Beirut, Libanon op het programma. We hadden tijdens onze trip al met enkele mensen met kennis van zaken gesproken en geleerd dat dit land binnenkomen met onze dieselvreetster gewoonweg niet mogelijk was. De bus dus maar! Eerst nog eens gaan checken bij de immigratiedienst (een vijf verdiepingen hoger mierennest annex duiventil) in Damascus of al onze papieren wel degelijk in orde waren. “Everything is oké sir”. Aan de Syrische grens gekomen kreeg Shoekes echter te horen dat hij het land niet uitmocht zonder auto, een scenario waar we stiekem een beetje voor gevreesd hadden. Omdat we echter broodnodig een stroomomvormer nodig hadden voor de elektriciteit in de auto (de onze was om de één of andere illustere reden in Servië al gesneuveld en kon niet meer gerepareerd worden, en was niet te vinden in Syrië noch Jordanië) werd er besloten het getrouwe trio tijdelijk te splitsen in een duo en enkeling Shoekes, die terug de Damasceense lucht mocht gaan opsnuiven. Simon en Kristof vulden het vervolg van de busrit met gepeperde gesprekken met de voornamelijk Palestijnse medepassagiers en kwamen pas laat in de avond in Beirut aan. De goedkoopste slaapplek van de stad werd gevonden onder de vorm van een mager bed op een schraal dak van een al even matig hotelletje. Gelukkig waren we vermoeid genoeg van de te lange busreis om ’s nachts niet wakker te liggen van de discotheek op een dak één blok verder waar er tot in de vroege uren een dik feestje doorging. Tijdens onze avondlijke wandeling door de rijke delen van de stad hadden we reeds kennis gemaakt met de aanwezige atypische Midden-Oosten sfeer: rond de nachtclubs, dure restaurants, lounge bars met buitenwippers,… stond vaak een parade van dure auto’s: Lamborghini’s, Maserati’s, Porsches, Ferrari’s, ge waart bij wijzen van spreken ne sukkelaar als ge hier met ne Mercedes rond rijdt. Een echte cultuurshock, maar dan lokaal tussen Oost en West, zeg maar. Voorts wordt het straatbeeld getekend door de alomtegenwoordigheid van politie en militairen die alle toegangstraten naar het centrale plein afbakenen en constant rondrijden in zwaarbewapende konvooien. De peis en vree in Libanon na een lange pijnlijke burgeroorlog die eindigde in 1990 kan voorlopig nog niet al te stabiel genoemd worden…

in afwachting van het duo heeft shoekes een beetje de syriër uitgehangen: wat rondgeslenterd door zowel het nieuwe als het oude stadsdeel van damascus, een theetje gedronken, de lokale barbier bezocht en een paar uur zitten babbelen met een syrische koerd. Gelukkig werd de missie ‘Vind Stroomomvormer’ met succes beëindigd en keerden Simon en Kristof na hun Beiruts blitzbezoek fier terug naar Damascus om hun maatje Shoekes opnieuw te vervoegen.

tijd om de hoofdstad te verlaten richting ‘bosra’, bekend om zijn amfitheater. en wat voor één: het is een immens groot bouwwerk met plaats voor een 15000tal toeschouwers, het is nog erg goed bewaard gebleven en het is een van de zeldzame amfitheaters die niet tegen een heuvel is gebouwd. wat verderop wandelden we door ruïnes die lang geleden een romeins stadje vormden. we schrokken even toen we merkten dat heel wat ‘huizen’ nog steeds door locals gebruikt werden om in te wonen, wat het geheel een stuk levendiger maakte!

jordanië
vanaf bosra was het slechts een half uur rijden tot aan de grens met jordanië. wederom geen noemenswaardige problemen gehad, hoewel het rondlopen van het ene bureautje naar het andere gebouw voor de nodige stempels en papieren ons in totaal toch een drietal uur gekost heeft. we reden knal door het centrum van ‘amman’, hoofdstad van jordanië, naar een kleiner en gezelliger stadje, ‘madaba’ genaamd. de stad en zijn omgeving kan uitpakken met zijn vele, professioneel ineengepuzzelde mozaïeken. een aantal daarvan zijn we gaan bewonderen op ‘mount nebo’. het is daar waar die goeie ouwe mozes aan zijn makkers het ‘beloofde land’ liet zien, zo staat althans geschreven in de bijbel. ook wij kregen een mooi uitzicht op dat dor en bergachtig land, enkel jammer dat ons zicht wat getemperd werd door stof en zand, aangevoerd door een strakke, bloedhete wind (achteraf bleek dit een constante te zijn in heel jordanië).

we verlieten deze bijbelse plek en bolden van het op ruim 1500 meter gelegen gebergte richting ‘dode zee’, de laagstgelegen plek op aarde (400 meter onder de zeespiegel!). eigenlijk is dit enkel voor duitstaligen een zee, voor ons is het een meer. maar dood is de plek alleszins: door sterke verdamping van het water (toevallig een van de kenmerken van een woestijn) is het zoutgehalte er (letterlijk) onleefbaar hoog. maar dankzij deze uitzonderlijke kenmerken dobberden wij gezellig rond als een luchtmatras: of ge nu wilt of niet, drijven zult gij! onze verbazing werd snel gevolgd door plezier, behalve als het water in contact komt met ogen of mond… na de ‘zwem’partij is afspoelen absoluut noodzakelijk!

We verlieten deze ondraaglijk hete plek om ruim 2000 meter hoger te overnachten in ‘dana’, gelegen in een natuurpark. het dorpje bleek een ideale plek om te chillen: onze dagactiviteiten bestonden uit een beetje prutsen aan ons bertha, lachen met de rondlopende ezels, genieten van het landschap en babbelen met een frans koppel die op de terugweg waren van een tocht met hun defender naar kaapstad én terug…

chillen is leuk, cultuur opsnuiven ook wel, zeker in ‘petra’, een van de zeven nieuwe wereldwonderen. en dat laatste is zeker terecht: indertijd, toen jezus nog gezwind rondliep, was er een volk, de ‘nabateeërs’ genaamd. die mannen waren op het zotte/briljante idee gekomen om een volledige stad uit te houwen in een (zandsteen)gebergte, met tombes, huizen, amfitheater, tempels, enzovoort. hetgeen wat er nog van overgebleven is (en dat is veel, we hebben er twee dagen rondgelopen), in combinatie met de grillige vormen van de bergen, is indrukwekkend te noemen! de toegang tot de stad alleen al bestaat uit een kilometerslange kloof, met op het einde ervan het bekendste gebouw, de ‘treasury’. een toegangsticket tot deze plek was wel enorm hoog, maar dat weerhoudt het hoog aantal toeristen niet weg te blijven, met in hun kielzog de bedouinen (lokale woestijnbewoners) met koopwaar (van ezel- en kamelenritjes tot souvenirs en flessen water) aan bijna westerse prijzen.

we waren nog van plan ‘wadi rum’ te bezoeken, een nationaal park bekend om zijn vrijwel verticale bergwanden die uitpieken boven de zandwoestijn van zuidelijk jordanië, maar wegens de te hoge toegangsprijs en het slechte zicht (stof en zand) zijn we verder doorgereden naar ‘aqaba’ aan de ‘rode zee’. dit is de enige haven- en kuststad van het land, hier verwacht men veel van de nabije toekomst, getuige de grote bevolkingsaangroei en opkomende resorts. we vonden een paar kilometer buiten de stad een plekje waar we onze tent mochten opzetten, met zwembad en gelegen op een boogscheut van de kust. de strakke, hete wind hier noodzaakt ons om regelmatig het zwembad op te zoeken of te snorkelen tussen de koraalriffen en bijhorende tropische vissen. maar dat is niet de enige reden waarom we hier verblijven: aan de overkant van het water (golf van aqaba) ligt egypte, maar tussen egypte en jordanië ligt een petieterig klein, strategisch gelegen kuststrookstukje israël. en israël kunnen we niet binnen want dan mogen we sudan niet meer binnen. gevolg: vandaag namen we een (kostelijke) boot die ons naar de overkant van het water bracht, de sinai in egypte. voor we het land binnen mochten, zijn we drie uur zoet geweest met allerhande documenten en papieren in orde te brengen. we zijn hier zelfs verplicht om met een egyptische nummerplaat rond te rijden. maar goed, we hebben samen met twee duitse motorrijders die ook naar kaapstad bollen twee kleine hutjes gevonden pal aan het strand, hier in het gezellige havenstadje ‘nuweiba’. morgen rijden we door richting cairo. hasta la proxima !

woensdag 15 september 2010

Istanbul - Kapadokia - Mt. Nemrut - Sanliurfa - Aleppo - Latakia


Istanbul, Turkije

Istanbul, Turkije

Istanbul, Turkije

Istanbul, Turkije

Istanbul, Turkije

Istanbul, Turkije

Zoutmeer, Turkije

Kapadokia, Turkije

Kapadokia, Turkije

Uchisar, Kapadokia, Turkije

Uchisar, Kapadokia, Turkije

Goreme, Kapadokia, Turkije

Kapadokia, Turkije

Kapadokia, Turkije

Kapadokia, Turkije

Kapadokia, Turkije

Torosgebergte, Turkije

Karamanmaras, Turkije

Mt. Nemrut, Turkije

Mt. Nemrut, Turkije

Mt. Nemrut, Turkije

Mt. Nemrut, Turkije

Sanliurfa, Turkije

Sanliurfa, Turkije

Sanliurfa, Turkije

Sanliurfa, Turkije

Sanliurfa, Turkije

Harran, Turkije

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Qa'lat Samaan, Syrie

Qa'lat Samaan, Syrie

Qa'lat Samaan, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

Aleppo, Syrie

We sloten ons bezoek aan Istanbul af door al slenterend onder een brandende zon wat verder de coleur local op te snuiven , de indrukwekkende Blauwe Moskee te bezoeken, regelmatig sippend aan een alomtegenwoordig Turks theetje. De volgende stop op ons programma: de wondere wereld van Kapadocia, centraal gelegen in Anatolia, het gigantische Aziatische deel van Turkije. Deze afstand legden we af in 2 dagen, `s nachts slapend in een erg afgelegen landschap. Toevallig kwam er net voor zonsondergang een boerke op zijn tractor voorbij die het eerst blijkbaar oke vond dat we daar sliepen, maar daarna moeilijk begon te doen. Een uur later kwam er een auto afgereden en vijf gespannen Turken stapten uit. Met hun 2 woorden Engels en onze 5 woorden Turks en vooral veel handgebaren proberen duidelijk maken wie we waren en wat we hier deden. Omdat deze plek zo afgelegen was hadden deze mensen nog nooit een buitenlander zien passeren en werden we logischerwijs aanvankelijk als 'vreemd' gecatalogeerd. Op het eind van het 'gesprek' werden we uitgenodigd door hen om een thee te komen drinken, waar we vriendelijk voor bedankten wegens het late uur.

Door de foto`s die we op voorhand van Kapadocia zagen, waren onze verwachtingen best hoog . Maar het landschap dat we kregen voorgeschoteld overtrof deze nog. Een combinatie van vulkanische activiteit en fysische verwering had enkele lokale valleien bezaaid met vreemde torentjes, huizenhoge paalachtige bergen, sprookjesachtige schouwen,…. Onbegonnen werk om de uitzichten voldoende te kunnen beschrijven, hopelijk slagen de foto`s daar beter in! Daarenboven bleek dit landschap al bewoond sinds de 11de eeuw. De locals hakten het zachte gesteente uit in dit surreele landcap en creeerden er huizen, kerken, moskeeen, kloosters,… We bleven er drie dagen, kamperend op een camping met mooi zwembad, er kennis makend met enkele andere overlanders die we op onze verdere tocht misschien nog zullen ontmoeten.

Na deze twee toeristische topattracties van Turkije bezocht te hebben, hadden we nog niet genoeg van dit land. We trokken verder oostwaarts richting de berg Nemrut. In het midden van een uiterst onhergbergzame streek besloot 2000 jaar geleden een illustere koning van een zo mogelijk nog illustere beschaving (voor de freaks: de Commagenen) bovenop de top van de hoogste berg zijn grafheuvel aan te leggen, omringd door levensgrote standbeelden en offerplaatsen. Enkel de hoofden van de standbeelden overleefden de Turkse aardbevingen. We bezochten deze vreemde plek op het meest aangewezen moment: bij zonsondergang.

vanuit mount nemrut staken we de eufraat over richting de koerdische stad 'sanliurfa' (kortweg 'urfa'), waar we logeerden in een guesthouse vlakbij het historische centrum. en de term 'guesthouse' mag letterlijk genomen worden: we kregen meteen een typisch koerdische maaltijd aangeboden van het (eveneens koerdische) koppel. wanneer we nadien genoten van een kop thee, kregen we een paar educatieve promotiefilmpjes van de stad en zijn omgeving voorgeschoteld. de filmpjes en de enthousiaste commentaar van onze gastheer leren ons dat abraham hier geboren werd, neem dit alles maar met een korrel zout, want men beweert hier ook dat de man 140 jaar oud geworden is. waar is het nummer van het 'guinness book of world records' als je het nodig hebt?! gevolg is alleszins dat er hier heel wat mooie moskees neergepoot werden, min of meer gelegen rond een centraal park met heel wat water waarin zich massa's heilige vissen bevinden. abraham werd immers vanaf een heuvel (waar we nu een mooi zicht hadden op de stad) naar beneden gegooid in het vuur, maar dankzij god werd het vuur water met vis, veel vis. en samen met de vis kwamen de bedevaarders vanuit de hele islamitische wereld. bij onze koerdische familie kregen we nogmaals eten voorgeschoteld, een feestmaal, wegens het einde van de ramadan. gevolg was ook dat volledige families langskwamen voor gelukwensen (en met een gastheer die 33 kleinkinderen heeft, komt er wel wat volk over de vloer).

tijd om urfa te verlaten met tussenstop in harran, een van de oudste ononderbroken bewoonde nederzettingen ter wereld. bijgevolg vreemde woningen en aparte ruines te zien daar. we reden verder zuidwaarts naar syrie, maar dat feestje ging niet door: aangekomen aan de grens staan we voor gesloten hekken. het einde van de ramadan wordt nog steeds gevierd, en dat geldt dus ook voor douaniers. gevolg: grensovergang onherroepelijk dicht. het werd ons duidelijk dat een andere grensovergang in het westen wel open zou zijn, en het leek ons een goed plan om daarheen te rijden: in plaats van in syrie westwaarts te rijden, deden we net hetzelfde, maar dan aan de turkse kant van de grens. het wijzertje van de temperatuur van ons hete bertha wees echter heel de dag gevaarlijk dicht tegen het rood aan, waardoor we tegen een slakkengangetje verder bolden: de turks-syrische lifter die met ons meereed richting andere grens, had het al opgegeven, gefrustreerd door ons tempo. het werd te laat waardoor we overnachtten in het nog steeds turkse grensstadje ‘kilis’.

zo konden we ’s morgens de grensformaliteiten aanpakken: na heel wat papierwerk, formaliteiten en rondlopen van bureau naar bureau, reden we na een tweetal uur zonder noemenswaardige problemen syrie binnen. de weg leidde ons naar ‘aleppo’, grootste stad van het land. via via hadden we contact kunnen leggen met een paar jonge syrische twintigers. bij één van hen konden we slapen in zijn appartement, kregen zelfs een eigen kamer met elk een bed: het kan slechter! ’s avonds en ’s nachts liepen we wat rond door de straten van het oude aleppo, en onze eerste indruk was veelbelovend: aleppo is een indrukwekkend mooie stad! diep in de nacht kregen we ‘thuis’ nog een avondmaal voorgeschoteld en tijd om te slapen. het bioritme van die mannen hier is totaal anders dan bij ons: in de namiddag en ’s nachts wordt geleefd, ’s morgens en ’s voormiddags wordt er geslapen. dag erna bezochten we samen met onze ideale gastheer en gids, ‘shoiap’ genaamd, de burcht van aleppo: een indrukwekkend voorbeeld van een onmogelijk te veroveren burcht. en onze eerste indruk werd alleen maar bevestigd: niet alleen de stad zelf, maar ook de aangename, gemoedelijke en vooral vriendelijke aard van de bevolking is onbeschrijflijk! met shoiap gingen we nog naar een garage, waar ons probleem van oververhitting na een aantal uren verleden tijd werd: er werd een nieuwe thermostaat geplaatst en de radiator werd professioneel gereinigd. gedaan met de officiële toyota-garages: vanaf hier zijn het kleine garages met elk zijn eigen specialiteit, in aleppo hoofdzakelijk gerund door armeniers. met onze afgekoelde bertha konden we nu ook een byzantijnse kerk en kasteel bezoeken, een veertigtal kilometer buiten de stad, net zoals de zogenaamde ‘dead cities’, gebouwd door de romeinen. we bezochten in aleppo nog verschillende andere plaatsen, genoten van het lokale eten, leerden over het woelige verleden van het land en zijn (heel) vele verschillende volkeren en praatten over de politiek en mentaliteit in het hedendaagse syrie. dat alles met onze uitstekende gastheer en zijn vrienden (thanks a lot shoiap and co!!).

momenteel zitten we aan de syrische middelandse zeekust, in de stad ‘latakkia’. het is een havenstad met heel wat winkelstraten en restaurantjes, en met vrouwen die een stuk uitdagender gekleed lopen dan in aleppo (je ziet hier ook heel wat minder hoofddoeken). straks nemen we voor het eerst een duik in de middellandse zee en zullen we ‘crac des chevaliers’, een oude burcht bezoeken. van daaruit zullen we rustig verder bollen richting damascus, hoofdstad van syrie, met onderweg uiteraard de nodige stops. misschien gaan we nog naar libanon, indien praktisch mogelijk, maar over dit alles later meer! groeten daar!